Vrijheid - Blijheid - Islam - Hoofddoek
Hoe staat het ermee?
Een tussenbalans
Het verhaal wil dat Patrick Janssens de verkiezingen heeft
verloren omdat de Antwerpse moslims niet
massaal op hem stemden, terwijl Hollande de verkiezingen won omdat de Franse
moslims wel massaal op hem stemden.
Janssens werd door veel moslims vereenzelvigd met het zogenaamde hoofddoekenverbod
vandaar dat snel na de rampzalig verlopen verkiezingen een koerswijziging werd
aangekondigd: voor de socialisten was de hoofddoek niet langer een probleem. De
allochtone stem kan beslissen over winst of verlies, dus moet de allochtone
kiezer het hof worden gemaakt. Daar mogen best een paar basisprincipes voor
opzij worden gezet.
I - De wereld in huis
De beslissing in Gent om in het vervolg toe te staan dat een
ambtenaar in contacten met de burger opvallende religieuze kenmerken draagt,
werd gekozen op een moment dat in vrijwel de gehele islamitische wereld het
fundamentalisme aan invloed wint. Het wordt steeds duidelijker dat de Arabische
lente is gekaapt door
fundamentalistische krachten, in Turkije worden protesten tegen de verregaande
islamisering van de samenleving met geweld de kop ingedrukt, in Syrië worden
door religieuze fanatici op straat mensen onthoofd. Nu kun je zeggen: Ja, maar wat hebben wij, of de
mensen in Gent, met die zaken te maken? We hoeven bij onze beslissingen toch
geen rekening te houden met wat elders in de wereld gebeurt? Er zijn echter
minstens twee goede redenen om dat wel te doen.
De eerste reden hangt samen met het gegeven dat er eigenlijk
geen regionale conflicten meer bestaan, althans niet in onze conceptie. Een
onderzoek uitgevoerd in opdracht van de Nederlandse omroep NCRV wees uit dat
75% van de Nederlandse moslims van mening is dat de zogenaamde Syrië-gangers
helden zijn. De nieuwe media brengen de conflicten bij u thuis: de wereld is een huiskamer geworden. De extremisten die deze Syrië-gangers ronselen, praten ook over
landsgrenzen heen: Afghanistan, Irak, Palestina en andere brandhaarden worden
gebruikt om jonge moslims op te hitsen: Zie eens hoe je geloofsgenoten worden
vernederd. Doe er wat aan. Die oproepen, en de jongeren die er gehoor aan
geven, maken duidelijk dat voor moslims de geloofsgemeenschap (Umma - امة) belangrijker is dan de
staatkundige gemeenschap waartoe ze behoren: men is eerst en vooral moslim, dan
pas Belg, Nederlander of Brit. Daar zullen we rekening mee moeten houden.
De tweede reden hangt samen met het bewuste kledingstuk, de
hoofddoek of hidjab (حجاب).
Veel moslima's dragen die omdat ze denken dat het een religieuze verplichting
is. In de belangrijkste koranteksten waarnaar doorgaans verwezen wordt, soera an-noer:31 en soera al-azhab:59, komt het woord hidjab niet voor. De vrouwen
worden gevraagd om hun geslachtsdelen en borsten te bedekken; de plicht dat de
kleding het hoofd zou moeten bedekken, is een latere uitleg, gedaan door conservatieve
schriftuitleggers. In de meeste islamitische landen die op weg waren naar de
moderniteit, was de hoofddoek grotendeels uit het straatbeeld verdwenen, maar
na de islamitische revolutie van '79 in Iran, die in de hele islamitische
wereld een conservatieve reflex veroorzaakte, begon het kledingstuk aan een
comeback. Als men er dus een symbool in wil zien, is het voornamelijk een
symbool van de fundamentalistische
islam, een teken dat men de moderniteit
afwijst.
II - De straat het strijdtoneel
Het uiterlijk van de vrouw heeft altijd voor problemen
gezorgd binnen de Abrahamistische godsdiensten, niet alleen in de islam. De
apostel Paulus is de volgende mening toegedaan (I Korinthiërs 11-5):
"Iedere vrouw
brengt schande over haar hoofd wanneer zij blootshoofds bidt of profeteert
(...)"
Met name in de Middeleeuwen nam de obsessie met de
vrouwelijke seksualiteit beangstigende vormen aan. De vrouw werd gezien als een
duivelse verleidster met een onverzadigbare seksuele honger. Heksen gingen de
brandstapel op en vrouwelijke kenmerken zoals de haren en de ronde vormen
moesten aan het oog worden onttrokken. Tot aan het Tweede Vaticaans Concilie
was het vrouwen verplicht hoofdbedekking te dragen in een katholieke kerk, pas
toen werd een einde gemaakt aan die postsierlijke toestand. Het wordt tijd dat
de Islam ook een einde maakt aan deze nonsens. Het roer moet om, de islam moet
vooruit, mee in de vaart der volkeren. Helaas gaat de islam in sneltreinvaart
achteruit, terug naar de Middeleeuwen.
De opmars van de conservatieve islam is een mondiaal
verschijnsel waar ook België niet aan ontsnapt. De strijd die in de straten van
Damascus, Kaboel of Istanboel wordt uitgevochten, wordt ook bij ons
uitgevochten, zij het voorlopig gelukkig met andere middelen. Het streven van
de conservatieve islam is daarbij gericht tegen
integratie en voor segregatie:
alles wordt gedaan om de groep af te schermen, om de afvallige schaapjes binnen
de kudde te houden. De hoofddoek speelt in dat proces een sleutelrol, is zowel
middel als doel. Een vriendin van me, van Marokkaanse afkomst, wilde haar drie
jonge dochters Arabisch laten volgen, kon dat ergens in ons provinciestadje?
Dat kon, maar de dochters waren er alleen welkom met hoofddoek. Dat had mijn vriendin
er niet voor over, maar hoeveel vrouwen weten aan die druk te weerstaan? En van wie krijgen zij steun?
III - De lamme en de blinde
Je zou verwachten dat vrijgevochten moslima's
hun zusters zouden aansporen om zich eveneens vrij te vechten, maar vaak is het tegendeel waar. De bekendste smoes die wordt aangevoerd is daarbij dat 'die meisjes'
zelf kiezen voor de hoofddoek en dat die hun bewegingsvrijheid vergroot. Het
gegeven dat de hoofddoek de bewegingsvrijheid van deze meisjes vergroot,
bewijst echter juist hoe groot de druk is om deze doek te dragen: wie niet meedoet, wordt in haar
bewegingsvrijheid beknot. Naar schatting krijgt zo'n zestig procent van de
in ons land levende moslima's vroeg of laat te maken met druk om de hoofddoek
te dragen. Van wie krijgen zij steun? Tekenend bij dit alles is dat iemand als Bruno
Tobback over dit soort zaken niet eens wenst te debatteren met een met zijn
partij sympathiserende denker als Etienne Vermeersch. Zoals Vermeersch zegt:
Tobback weet dat hij geen been heeft om op te staan, en laat het debat daarom
liever over aan een intellectueel reeds afgebrande figuur als Bert Anciaux.
De houding van vrijgevochten moslima's kan men zich nog
indenken vanuit een (misplaatst) gevoel van saamhorigheid; de roep om
solidariteit met de eigen groep klinkt binnen de Islam zeer luid en moslims
blijven er vaak gevoelig voor, ook al hebben ze het geloof grotendeels achter
zich gelaten. De band tussen het moslimfundamentalisme en extreemlinks - die
alom wordt vastgesteld - is om verschillende redenen eveneens goed
verklaarbaar: men heeft immers een gemeenschappelijke vijand en verder is de
islam voor extreemlinks een goudmijn: het marxisme was teruggedrongen in een
marginale rol, het verzet vanuit de bevolking tegen de islam (dat steevast als
racisme wordt uitgelegd) heeft het marxisme een nieuwe levenslijn geboden. De lamme zoekt steun bij de blinde. Maar
waar komt de steun vanuit andere hoek vandaan?
Moslims kunnen rekenen op steun vanuit christelijke hoek
omdat ze religieus zijn, vanuit socialistische hoek omdat ze kansarm zijn, en
vanuit liberale hoek omdat liberalen mensen nu eenmaal zo veel mogelijk
vrijheid willen laten. Goed, maar men zou zeggen: als je dan toch per se steun
wilt uitspreken, geef dan steun aan een op integratie en modernisering
gerichte, en niet de op segregatie en conservatisme gerichte islam. Het
tegendeel lijkt echter het streven: hoe gekker een moslim het maakt, hoe meer
bijval hij krijgt. Door moslims over te leveren aan de conservatieven en
fundamentalisten maakt men ze enkel kansarmer, en het heeft ook weinig zin om
te zeggen dat men de keuzevrijheid van moslims verdedigt: vrijheid kan pas genoten
worden indien de dwang van een
ideologie of religie wordt weggenomen.
Onder dwang kan men nu eenmaal niet uit vrijheid kiezen.
Wie zich in kleding en gedrag nadrukkelijk onderscheidt van
de rest van de bevolking, zondert zich af, en valt uiteindelijk buiten de
maatschappelijke boot. Vrijwillige gettovorming noemt men dat, en het probleem
valt niet te onderschatten. Het is nuttig om hierbij even naar de Joden te
kijken. Bij de Joden is de op zichzelf terug geplooide groep relatief klein,
maar je herkent ze direct aan hun kleding en ze staan vrijwel geheel buiten de
maatschappij, leven in hun eigen kleine wereldje en cirkeltje. Binnen de Islam
dreigt de groep die terugplooit op zichzelf groter en groter te worden; daar komt
bij dat de islamitische gemeenschap als zodanig reeds veel groter is dan de
Joodse, en minder welvarend: de Joden doen nauwelijks een beroep op de sociale
wetgeving en houden ook hun jongeren in toom. De Joden zijn blijkbaar bereid om de prijs voor segregatie te
betalen, en kunnen zich die - in
letterlijke zin - ook veroorloven.
IV - De moeder van alle maatregelen
Iemand als Yasmine Kherbache (Sp.a) stelt dat de integratie heeft
gefaald. Haar Nederlandse collega Lodewijk Asscher (PvdA, te vergelijken met de
Sp.a) is het daarmee eens, maar de twee trekken tegenovergestelde conclusies.
Asscher zegt: de integratie heeft gefaald, er is zelfs sprake van
achteruitgang, op deze manier gaat het niet, we moeten nu een duidelijke normen
gaan stellen. Als je Kherbache leest, merk je dat zij hetzelfde beleid - dat
dus heeft gefaald - gewoon wil voortzetten, het bij voorkeur nog wil
uitbreiden.
Het grote probleem is dat wij de verkeerde immigranten aantrekken. Zelfs de Britse Queen maakt in een toespraak duidelijk dat het anders moet: we moeten volgens haar immigranten aantrekken die iets aan de samenleving kunnen toevoegen. Onze grote aantrekkingskracht is het sociale stelsel, het sociale vangnet; de overgrote meerderheid van de immigranten die wij aantrekken, worden juist daardoor gelokt. We trekken de verkeerde immigranten aan, immigranten die moeilijk in onze maatschappij integreren en daardoor weinig kansen hebben; door ze verder in de handen te drijven van de conservatieve, op segregatie gerichte islam, maken we ze enkel nog kansarmer. In Nederland blijkt uit een onderzoek dat de meerderheid van de bevolking de islam spuugzat is. De vraagstelling was wat tendentieus, dus misschien geven de cijfers een wat al te ongunstig beeld, maar dat de situatie niet rooskleurig is, en zienderogen verslechtert, lijkt wel duidelijk.
Beleid van regeringen zou gericht moeten zijn op het nemen van maatregelen, die deze rampzalige ontwikkelingen omkeren. De voornaamste maatregel die men echter heeft genomen, is de bevoegdheid tot het nemen van maatregelen overdragen aan 'Europa': lokale overheden die iets willen doen, worden door Brussel teruggefloten (het was dus 'een maatregel die het nemen van maatregelen onmogelijk maakt' - de moeder van alle maatregelen). De crisis, het groeiende besef dat Europa niet de oplossing is, maar eerder het probleem, het feit dat politici ieder signaal vanuit de bevolking straal negeren, het draagt allemaal bij tot een gespannen sfeer. En juist in die sfeer menen politieke partijen uit electorale overwegingen een knieval te moeten doen voor de conservatieve islam. Juist in die sfeer zoeken conservatieve moslims en hun sympathisanten meer en meer de weg van de confrontatie. Zoiets kan slechts uitlopen op een complete maatschappelijke catastrofe.
Het grote probleem is dat wij de verkeerde immigranten aantrekken. Zelfs de Britse Queen maakt in een toespraak duidelijk dat het anders moet: we moeten volgens haar immigranten aantrekken die iets aan de samenleving kunnen toevoegen. Onze grote aantrekkingskracht is het sociale stelsel, het sociale vangnet; de overgrote meerderheid van de immigranten die wij aantrekken, worden juist daardoor gelokt. We trekken de verkeerde immigranten aan, immigranten die moeilijk in onze maatschappij integreren en daardoor weinig kansen hebben; door ze verder in de handen te drijven van de conservatieve, op segregatie gerichte islam, maken we ze enkel nog kansarmer. In Nederland blijkt uit een onderzoek dat de meerderheid van de bevolking de islam spuugzat is. De vraagstelling was wat tendentieus, dus misschien geven de cijfers een wat al te ongunstig beeld, maar dat de situatie niet rooskleurig is, en zienderogen verslechtert, lijkt wel duidelijk.
Beleid van regeringen zou gericht moeten zijn op het nemen van maatregelen, die deze rampzalige ontwikkelingen omkeren. De voornaamste maatregel die men echter heeft genomen, is de bevoegdheid tot het nemen van maatregelen overdragen aan 'Europa': lokale overheden die iets willen doen, worden door Brussel teruggefloten (het was dus 'een maatregel die het nemen van maatregelen onmogelijk maakt' - de moeder van alle maatregelen). De crisis, het groeiende besef dat Europa niet de oplossing is, maar eerder het probleem, het feit dat politici ieder signaal vanuit de bevolking straal negeren, het draagt allemaal bij tot een gespannen sfeer. En juist in die sfeer menen politieke partijen uit electorale overwegingen een knieval te moeten doen voor de conservatieve islam. Juist in die sfeer zoeken conservatieve moslims en hun sympathisanten meer en meer de weg van de confrontatie. Zoiets kan slechts uitlopen op een complete maatschappelijke catastrofe.
Zo'n tien jaar gelden werden voorspellingen gedaan dat
grootschalige veldslagen tussen politie en allochtone jongeren een regelmatig
terugkerend verschijnsel zouden worden. Inmiddels is het zover. Momenteel wordt
gewaarschuwd voor rechts-populistische opstanden en massaal verzet vanuit de
autochtone gemeenschap, niet alleen door een overactieve politicus als Neil
Farrage, maar ook door een bedaagde kamergeleerde als de filosoof John Gray. Op
den duur zal dit beleid alleen via grootschalige repressie en het censureren
van afwijkende meningen in stand worden gehouden, en je ziet hoe de eerste
contouren van die repressie zich aftekenen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten